Zorgstructuur
Zicht op de ontwikkeling
De groepsleerkracht houdt in de gaten hoe het met de leerlingen gaat. Twee keer per jaar worden de Cito-toetsen afgenomen. Daarnaast zijn er toetsen die bij de methoden horen. De intern begeleider bespreekt de resultaten van de toetsen met de leerkracht. Wanneer extra ondersteuning nodig is, betrekken we de ouders erbij en werken we met resultaatgerichte handelingsplannen. Zo kunnen we de ontwikkelingen goed volgen en waar nodig de begeleiding aanpassen. Soms lukt het niet om een kind goed te laten leren. Dan kunnen we besluiten het kind een jaar over te laten doen. Wanneer dit niet de oplossing is, kunnen we de leerling aanmelden bij een school voor speciaal basisonderwijs. Onze zorg aan leerlingen is uitgebreid beschreven in het Zorgdocument, dat ter inzage op school ligt.
Tweede leerlijn – werken op eigen niveau
Het is belangrijk om leerlingen individueel aandacht te geven en onderwijs op maat (adaptief) te bieden. We kunnen dit vooral bereiken door het zelfstandig werken van de kinderen te bevorderen, zodat er voor de leerkrachten tijd vrij komt om met een kind apart te werken. Het komt steeds meer voor dat er binnen een klas kinderen zijn die één of meerdere vakken op een eigen niveau volgen, de zogenaamde tweede leerlijn. Kinderen met leerproblemen blijven zo lang mogelijk op school. Het aantal zorgleerlingen in een groep is gelimiteerd. Een exact aantal is moeilijk te noemen, omdat het afhangt van de aard van de gevraagde zorg. Meer informatie hierover staat in het protocol ‘Overgang naar een tweede leerlijn’ dat ter inzage op school ligt.
Passend Onderwijs voor elk kind
Per 1 augustus 2014 is de wet Passend Onderwijs in werking getreden. Op basis van de uitgangspunten, het bevoegd gezag en het ondersteuningsplan SWV PO 2203 worden doelen opgesteld. Hierbij gaat het om het creëren van een veilig ontwikkelings- en leerklimaat. We gaan uit van handelingsgericht werken, een professionele kwaliteit die de leerkrachten hebben. De directeur is ervoor verantwoordelijk deze kwaliteit in de school tot stand te brengen en te bewaren.
Het kan het gebeuren dat het geboden onderwijs bij een leerling niet tot het gewenste resultaat leidt. Dan ondernemen we stappen om hiervan de oorzaak te onderzoeken en oplossingen te vinden. De stappen die we dan nemen staan in onze schoolgids.
Aandacht voor meer- en hoogbegaafdheid
De drie christelijke scholen in gemeente Westerveld, CBS De Fontein te Dwingeloo, Roosjenschool te Diever, Kindcentrum De Bron te Nijensleek en Kindcentrum De Wel te Nijeveen hebben samen een Plusklas voor meer- en hoogbegaafde kinderen uit de midden- en bovenbouw. De onderwijskundige aanpak van Stichting Kwadraat wordt in de praktijk gebracht.
Leerlingen van de Plusklas gaan op om de week een dag in de week naar Diever, waar ze les krijgen in een groep van max. vijftien kinderen. Ze gaan aan de slag met speciale projecten met ontwikkelingsgelijken. Aan de orde komen: leren onderzoeken, leren leren, V.O.C., de Gouden Eeuw, Grieks Alfabet en rekenen.
Aan kinderen die meer of andere stof aankunnen en niet naar de Plusklas gaan, bieden we het uitdagende materiaal van Levelwerk aan onder begeleiding van de specialist meer- en hoogbegaafdheid en eigen leerkraacht.
Stichting Kwadraat is een samenwerkingsverband tussen PCBO (Meppel), COG ( Assen), PricoH ( Hoogeveen), Viviani ( Emmen), Accrete ( Zwartsluis) en TrEf Onderwijs en biedt een uniek concept om onderwijs aan deze meer- en hoogbegaafde kinderen te verzorgen.
Meer informatie over Kwadraat staat op www.kwadraatonderwijs.nl.
Vroegtijdig opsporen van leesproblemen en dyslexie
We sporen dyslexie zo vroeg mogelijk op. In groep 2 vindt een screening plaats, zodat we weten welke leerlingen extra begeleiding nodig heeft. We volgen alle leerlingen van groep 3 vanaf het begin van het leesproces nauwkeurig in hun leesontwikkeling. Wanneer er hiaten zijn, zetten we gerichte begeleiding in, zodat we leerlingen met leesproblemen zo vroeg mogelijk opsporen. Hierop inspelen voorkomt verdere leesproblemen en vermindert de ontwikkeling van faalangst en biedt ons de mogelijkheid om te onderzoeken of er sprake is van dyslexie.